Samenvatting
Vijfenzeventig jaar geleden vond de eerste vergadering van de Specialisten Registratie Commissie (SRC) plaats. In dit artikel wordt aandacht gevraagd voor de ontwikkelingen gedurende de laatste tien jaren. In dit proces zijn de enorme groei van medische kennis en kunde, de emancipatie van de patiënt, de toenemende participatie van vrouwen in het vak en de wettelijke beperking van de arbeidsduur van artsen in opleiding tot specialist (aios) factoren van belang geweest. Kennis en kunde staan centraal, maar moeten worden toegepast in de context van de relatie van de patiënt met de arts en met de andere leden van het behandelteam. Communicatie en reflectie zijn daarbij sleutelwoorden. Zwangerschap en ouderschap kunnen thans beter worden gecombineerd met de vervolgopleiding. Het meester-gezel systeem verandert. De opleider wordt coach en de aios leert meer zelfstandig dan vroeger. Het is van groot belang dat aios en opleiders op de hoogte zijn van de veranderingen in het onderwijs en van de maatschappelijke ontwikkelingen. De directe doorstroming naar de vervolgopleidingen verdient nog steeds extra aandacht. Jaren waarin men werkzaam is als ‘arts niet in opleiding tot specialist’ (anios) zijn verloren jaren. Anios het werk van specialisten laten doen is misbruik maken van jonge mensen. (Bleker OP. Nieuwe regelgeving voor de medische vervolgopleidingen. Opleidingen worden beter en leuker. Tijdschrift voor Medisch Onderwijs 2008;27(2):65-69.)
Summary
Seventy-five years ago the Dutch Committee for the Registration of Medical Specialists met for the first time. This article gives an overview of the main changes in postgraduate specialist training in the last decade. Significant factors have been: the huge increase in medical knowledge and skills, the emancipation of patients, the increasing participation of women in the profession and the working time directive limiting the number of hours junior doctors in training are legally allowed to work. Although knowledge and skills remain at the centre, they are now situated within the context of the relationship of patients with their doctor and the other members of the health care team. Communication and reflection are the new bywords. Part-time training will create possibilities for junior doctors to combine parenthood and training. The traditional master apprentice model is changing. Teachers are becoming coaches and junior doctors have to be more independent learners. It is of the essence that both trainees and teachers are aware of these changes in education and in society as a whole. An issue that continues to demand our attention is that of direct access to postgraduate training programmes immediately after completing undergraduate training. Having junior doctors who are not in a training programme do the work of specialists amounts to exploitation of young people. (Bleker OP. New regulations for postgraduate specialist training programmes. Training is getting better and more interesting. Dutch Journal of Medical Education 2008;27(2):65-69.)