Samenwerken in onderzoek naar leren en opleiden in het continuüm van de huisartsgeneeskunde. De ontwikkeling van de nationale onderzoeksagenda als hefboom

Informatie
Auteurs
A. W. M. Kramer
B. Thoonen
E. De Groot
I. Slootweg
J. Muris
M. Çorum
M.C. Mak-Van der Vossen
N.D. Scherpbier
R.A.M.J. Damoiseaux
Organisatie
Amsterdam UMC
LUMC
Radboud UMC
UMC Groningen
UMC Maastricht
UMC Utrecht
Congres
Gelijke kansen in het gezondheids zorgonderwijs - Congres 2024
Context / probleemstelling of aanleiding

Probleemstelling (inclusief theoretische onderbouwing en onderzoeksvraag/vragen):

Onderzoek naar leren en opleiden in de huisartsgeneeskunde is essentieel voor zorg van hoge kwaliteit omdat dat onderzoek bijdraagt aan innovatieve leer- en opleidingsprocessen.(1) Hiervoor is samenwerking tussen onderzoekers op dit terrein essentieel maar niet eenvoudig. Samenwerking tussen onderzoekers uit verschillende instituten kan vorm krijgen door gezamenlijk formuleren van een onderzoeksagenda met betrokkenen uit de onderwijspraktijk en onderzoek. Hierbij spelen twee uitdagingen. Ten eerste de uitdaging die in de medisch onderwijs literatuur wordt genoemd over het opstellen van een agenda voor onderzoek in een multidisciplinair, toegepast onderzoeksveld. Daar bestaat een spanningsveld tussen de wensen uit de praktijk en die uit het onderzoek. (2) Ten tweede de uitdaging rond inter-institutioneel samenwerken tussen onderzoekers zoals bekend uit de organisatiekundige literatuur. Onze onderzoeksvraag was: wat zijn de verschillende perspectieven van studenten, docenten en onderwijsontwikkelaars en onderzoekers over onderwerpen rond leren en opleiden in de huisartsgeneeskunde in Nederland die cruciaal zijn om onderzoek naar te doen?

Methode:

Een brede groep onderzoekers, vertegenwoordigers van alle acht huisartsinstituten in Nederland, heeft binnen de acht instituten de Q-methode gebruikt. Doel was om perspectieven van betrokkenen bij het leren en opleiden en onderzoek hiernaar in de huisartsgeneeskunde te verkennen. Eerst hebben de onderzoekers een set van 64 uitspraken ontwikkeld over toekomstig onderzoek over leren en opleiden voor de praktijk (‘de concourse’). Deelnemers sorteerden individueel de 64 uitspraken op een raster waarbij uitspraken ten opzichte van elkaar geordend worden op relevantie vanuit de subjectieve beleving van de deelnemer. De data werden geanalyseerd met zowel kwantitatieve (omgekeerde factor analyse) als kwalitatieve analyse methoden. Deze groep onderzoekers reflecteerde regelmatig op de samenwerking opdat de uitkomst van dit groepsproces meer zou zijn dan een document.

Resultaten (en conclusie):

We includeerden 73 deelnemers die op verschillende manieren betrokken zijn bij onderzoek naar leren en opleiden in de huisartsgeneeskunde. Vijf verschillende perspectieven werden geïdentificeerd, die elk een gebied binnen dit onderzoeksgebied omschrijven om leren en opleiden te ontwikkelen en te vernieuwen: (1) de academische huisarts, (2) de maatschappelijk betrokken huisarts, (3) de specifieke identiteit van de huisarts, (4) de huisarts als ondernemer en (5) de huisarts die een leven lang leert. Deze perspectieven en de reflectie op het proces vormden de basis voor een nationale onderzoeksagenda.

Discussie (beschouwing resultaten en conclusie in het kader van de theorie):

De vijf perspectieven sluiten aan bij de kernwaarden van de huisartsgeneeskunde. De Q-methode en onze participatieve aanpak hielpen bij de samenwerking en afstemming tussen betrokkenen. De Q-methode was essentieel omdat daarmee kwalitatieve interpretatie mogelijk is van ordening van de uitspraken ten opzichte van elkaar op het raster. Dat bood ruimte aan ons, als onderzoekers, voor een reflectief proces met vernieuwende interpretaties in plaats van prioriteiten op basis van al bestaande expertise. Succesvolle samenwerking tussen onderzoekers van verschillende instituten vraagt om een gezamenlijk doel, onafhankelijk leiderschap, reguliere bijeenkomsten, transparantie, en reflexiviteit. Toekomstig onderzoek moet aandacht besteden aan ontbrekend bewijs binnen de gevonden perspectieven. De perspectieven zijn van belang voor de nationale agenda. Daarnaast is vooral ook het gevolgde proces van belang. We hebben de samenwerking tussen onderzoekers binnen verschillende instituten centraal hebben gesteld als manier om leren en opleiden in de huisartsgeneeskunde, onderzoek en de onderwijspraktijk te verbinden. Dat biedt een relevant model voor andere onderzoekers naar medisch onderwijs.

Referenties:

Grierson, L., & Vanstone, M. (2021). The rich potential for education research in family medicine and general practice, Advances in Health Sciences Education, 26, 2, 753 – 763

Worley, P. and L. W. T. Schuwirth (2014). Opinion versus value; local versus global: What determines our future research agenda? Medical Education 48(11): 1040-1042.

Banner
Banner
Banner

Zorgverleners voor de wereld van morgen

15 en 16 mei Hotel Zuiderduin in Egmond aan Zee