Context / probleemstelling of aanleiding
Context/probleemstelling of aanleiding:
De master Geneeskunde VU start met het voorbereidend coschap. Gedurende 6 weken worden klinische vaardigheden, waaronder het lichamelijk onderzoek (LO), onderwezen. De student moet leren het LO technisch goed uit te voeren, weten wat normaal is en afwijkingen kunnen interpreteren. Om te beoordelen of kennis en interpretatie van LO op niveau zijn, hebben wij een nieuw evaluatiemoment ontwikkeld.
Beschrijving van de interventie/innovatie:
In 7 lessen worden de verschillende LO-onderdelen behandeld. Elke les bestaat uit theorie, demonstratie en zelf oefenen op medestudenten en/of fantoom.
Vervolgens maken studenten een digitale schriftelijke evaluatie waarin kennis en interpretatie van LO geëvalueerd worden. Deze evaluatie bevat verschillende soorten vragen: comprehensive integrated puzzles (CIP),1 extended matched questions (EMQ) en very short answer questions (VSAQ).2 Een CIP is een tabel met meerdere diagnosen in de linkerkolom waarachter verschillende kolommen ingevuld moeten worden,1 zoals te verwachten bevindingen bij percussie, palpatie en auscultatie. Bij EMQ is er een set antwoordopties die voor meerdere opeenvolgende vragen gebruikt wordt, bijvoorbeeld 8 bevindingen bij inspectie die het beste differentiëren voor 3 genoemde diagnosen. Een VSAQ is een open vraag waar het antwoord uit 1-4 woorden bestaat.2 Deze vragen lenen zich uitstekend voor het evalueren van kennis, begrip en klinisch redeneren.1,2
Deze evaluatie noemen we “Just-in-time Oefening Lichamelijk Onderzoek (JOLO)”. Om de studenten te laten oefenen met het nieuwe type vragen maken zij eerst een “voorbeeld JOLO”. Deze wordt door een arts-docent nabesproken.
Ervaringen/analyse van de implementatie:
De eerste studentevaluaties over de JOLO zijn zeer positief. Studenten waarderen de afwisseling van vragen, denken goed geëvalueerd te worden en vinden dat de JOLO goed aansluit bij de leerdoelen, lesstof en manier van lesgeven. Sommige studenten vinden de CIP-vragen ingewikkeld met (te)veel antwoordopties Dit zou verklaard kunnen worden door teleurstelling dat de gokkans laag is.
Arts-docenten zijn eveneens enthousiast: de JOLO sluit goed aan bij de wijze van lesgeven, gericht op voorbereiding op de kliniek. Bovendien denken docenten dat deze evaluatie goed onderscheid maakt tussen studenten die wel en niet goed gestudeerd hebben.
De JOLO is één datapunt in het programmatisch toetsen in de master. Als een student onder de vastgestelde norm scoort, krijgt deze een tweede kans. Mocht de student opnieuw onder de norm scoren, wordt er aan het volgende coschap doorgegeven extra aandacht te hebben voor de kennis van het LO.
Lessons learned (implicaties voor de praktijk):
De JOLO is zeer recent ingevoerd. Wat wij nu al hebben geleerd is de doelmatigheid van een nieuw soort vragen: CIP, EMQ en VSAQ. Hiermee kan naast kennis van LO ook begrip, inzicht en klinisch redeneren geëvalueerd worden.
Referenties (max. 2):
Medical teacher. 2003;25(2),171-176.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2024;168:D8012
