Interprofessionele samenwerking in een reanimatieteam: een kwalitatieve studie naar potentiële stressoren en de gevolgen hiervan voor het team

Informatie
Auteurs
A. de la Croix
F.S. Dijkstra
H. van Schuppen
M. Meeter
P.G. Renden
Organisatie
Amsterdam UMC loc. AMC
Amsterdam UMC loc. VUmc
Haagse Hogeschool
Saxion Hogeschool
Vrije Universiteit
Congres
Samen leren, samen werken - Congres 2023
Context / probleemstelling of aanleiding

Probleemstelling (inclusief theoretische onderbouwing en onderzoeksvraag/vragen):

Samenwerken in een interprofessioneel team doe je wanneer een situatie kalm en overzichtelijk is, maar juist ook wanneer er sprake is van een stressvolle situatie. Een potentieel stressvolle situatie waar zorgprofessionals mee geconfronteerd kunnen worden is een reanimatie. Naast technische vaardigheden zoals luchtwegmanagement, gaat het bij een reanimatie ook om niet-technische vaardigheden zoals communicatie. Onderzoek toont aan dat stress de teamprestaties op een negatieve manier kan beïnvloeden, bijvoorbeeld door het beperken van aandacht en besluitvorming1. De factoren die tot stress leiden zijn echter minder duidelijk: wanneer wordt daadwerkelijk stress ervaren tijdens een reanimatie, en op welke manier heeft deze stress invloed op de samenwerking en teamprestatie? In deze studie exploreren we wat de percepties van leden van een interprofessioneel reanimatieteam zijn als het gaat om stress en de gevolgen hiervan. Met deze kennis hopen we een bijdrage te kunnen leveren aan de theorievorming rondom teams en stress, en interventies zoals training te kunnen aanpassen danwel ontwikkelen.

Methode:

We voerden een focusgroepstudie uit, waarbij verschillende groepen professionals die lid zijn van een reanimatieteam werden geïnterviewd: verpleegkundigen van de anesthesie, cardiac care unit, spoedeisende hulp en intensive care; en anesthesiologen, cardiologen, intensivisten en SEH-artsen. De vragen richtten zich op hoe stress werd ervaren, en hoe de groepen aankeken tegen samenwerken en communicatie onder stress. Na het uitvoeren en transcriberen van de focusgroepen werd de data geanalyseerd volgens de principes van thematische analyse. In verschillende teambijeenkomsten hebben we gecodeerd, gecategoriseerd en mogelijke patronen proberen vast te leggen, waarna we in iteratieve cycli onze interpretaties en uiteindelijk resultaten hebben opgeschreven.

Resultaten (en conclusie):

In totaal zijn er 49 deelnemers geweest aan negen focusgroepen en een individueel interview. Analyse van de data resulteerde in drie thema’s: routine, stress, en hoe stress het team beïnvloedt. Het thema routine illustreerde vooral dat professionals een reanimatiesetting regelmatig als vrij “rechttoe-rechtaan” beschouwen. Het thema stress toonde echter dat er wel degelijk stress werd ervaren in het team. Twee belangrijke stressoren die deelnemers benoemden waren rol-onduidelijkheid, en een kennistekort over teamgenoten. Ten gevolge hiervan kon er onzekerheid ontstaan richting teamgenoten, teamleider en het reanimatieproces zelf. Deelnemers beschreven dat dit kon resulteren in veranderde communicatiepatronen, een beperking in het overzicht en de vorming van subgroepen in het team, met als potentieel gevolg een toename van ervaren stress.

Discussie (beschouwing resultaten en conclusie in het kader van de theorie):

Dit onderzoek illustreert dat er tijdens een reanimatiesetting stressoren zijn die vooral op team-niveau liggen, in plaats van de meer bekende stressoren zoals een lastige technische interventie. Daarnaast blijken de gevolgen van de ervaren stress van invloed te zijn op het functioneren van het team, en is er neiging tot het ontstaan van een vicieuze cirkel. Verbeterde kennis over de stressoren en hun effect kan als input dienen voor de ontwikkeling van training voor interprofessionele teams. In een eerder onderzoek hebben we beschreven dat het ontwikkelen van een ‘team brein’ het effect van stress op een team zou kunnen verminderen2. Een belangrijk onderdeel van dit team brein is ‘transactive memory’: een gedeeld kennisnetwerk binnen een team, wat gevormd wordt door communicatie over expertise. Onze huidige studie suggereert dat ‘transactive memory’ in stressvolle situaties zoals een reanimatie niet sterk aanwezig is. Verder onderzoek naar de functie en ontwikkeling van ‘transactive memory’ in een interprofessioneel team dat moet presteren onder druk kan daarom zeer waardevol zijn.

Referenties:

1Nieuwenhuijs A, Oudejans RR. Anxiety and performance: perceptual-motor behavior in high-pressure contexts. Curr Opin Psychol. 2017;16:28-33.

2Dijkstra FS, Renden PG, Meeter M, van Schuppen H, de la Croix A. Learning about stress from building, drilling and flying: a scoping review on team performance and stress in non-medical fields. Scand J Trauma Resusc Emerg Med. 2021;29(1):52.

Banner
Banner
Banner

Zorgverleners voor de wereld van morgen

15 en 16 mei Hotel Zuiderduin in Egmond aan Zee