Context / probleemstelling of aanleiding
Probleemstelling:
De opvattingen van medische docenten sturen hun onderwijs en beïnvloeden daarmee het leerresultaat van studenten. De meeste studies over onderwijsopvattingen richten zich op opvattingen over leren en doceren en classificeren deze op een continuüm van docent- naar student-gerichte oriëntaties, waarin student-gerichte oriëntaties worden beschouwd als meer ontwikkeld (1). Recent is ook meer inzicht gekomen in opvattingen over de kwaliteit van de docent, zoals diens motivatie of bevlogenheid. Hoe deze opvattingen zich verhouden tot opvattingen over leren en doceren is niet bekend. Meer inzicht in deze relatie vormt het doel van deze studie. Dit is niet alleen relevant voor onderzoek van medisch onderwijs, maar kan ook handvatten geven hoe de ontwikkeling van medische docenten van docent- naar student-gerichtheid te bevorderen.
Methode:
In een kwalitatieve studie hielden we semigestructureerde interviews met 22 docenten van twee internationale medische faculteiten met student-gerichte curricula; we exploreerden hun opvattingen over docentkwaliteiten en over leren en doceren. De transcripten analyseerden we deductief om elke participant te categoriseren in een docentprofiel met betrekking tot docentkwaliteiten, en in een oriëntatie ten aanzien van leren en doceren. Het toegepaste docentprofielmodel (2) onderscheidt vier profielen, hiërarchisch geordend van minder naar meer ontwikkeld. Het ‘Practicus’-profiel heeft de focus op de onderwijs praktijk; het ‘Rol model’-profiel benadrukt daarnaast ook de professionele identiteit van de medische docent. Het meest uitgebreide profiel (‘Inspirator’) focust op de onderwijsmissie van de docent, waarin per definitie het leren van de student centraal staat. De laatste twee profielen onderstrepen het belang van affectieve persoonlijke kwaliteiten van een docent. Het gebruikte oriëntatie raamwerk (gevalideerd voor een medische, student-gerichte onderwijscontext; zal worden gepresenteerd) onderscheidt drie docent- en drie student-gerichte oriëntaties. Vervolgens onderzochten we per participant de relatie tussen diens docentprofiel en zijn/haar oriëntatie op leren en doceren.
Resultaten (en conclusie):
We vonden een sterke relatie tussen docentprofiel en oriëntatie: docenten met een meer ontwikkeld docentprofiel hadden een meer ontwikkelde oriëntatie. De ‘Practici’ hadden allen een docent-gerichte oriëntatie. Zij benadrukten als docentkwaliteiten competenties en gedrag, bijvoorbeeld het op enthousiaste wijze presenteren van kennis. Ter illustratie van hun docent-gerichte opvattingen: zij zien als doel van de docent-student interactie het vasthouden van de aandacht van de student. De ‘Inspirators’ daarentegen hadden allen een student-gerichte oriëntatie. Zij benadrukten als belangrijkste docentkwaliteit hun onderwijsmissie, bijvoorbeeld het willen delen van hun passie voor de medische professie met studenten. Ter illustratie van hun student-gerichte opvattingen: zij zien student-docent interactie als twee-richtingen verkeer waarin kennisbetekenis gezamenlijk wordt ontwikkeld. Zij benadrukten het koesteren van de professionele ontwikkeling van een student. In het tussenliggende docentprofiel (‘Rol model’) kwamen zowel docent-als student-gerichte oriëntaties voor. Deze docenten benadrukten als belangrijkste docentkwaliteit hun identiteit als docent, bijvoorbeeld iemand die betrokken is op de student en gemotiveerd voor onderwijs.
Discussie :
Discussie
Onze studie is de eerste die opvattingen over docentkwaliteiten onderzoekt in relatie tot opvattingen over leren en doceren. Opmerkelijk is dat studentgerichtheid alleen vóórkomt in de profielen ‘Rol model’ en ‘Inspirator’, die het belang van affectieve docentkwaliteiten benadrukken. Wij concluderen daarom dat deze kwaliteiten voorwaarde zijn voor een student-gerichte oriëntatie. Onze resultaten suggereren dat, ter stimulering van de ontwikkeling van docent- naar student-gerichtheid, docentprofessionaliseringsprogramma’s niet alleen op competenties zouden moeten focussen, maar ook op professionele identiteit (‘wie ben ik als docent?’) en onderwijsmissie (‘waarom doceer ik?’).
Referenties:
(1) KEMBER, D. 1997. A reconceptualisation of the research into university academics’ conceptions of teaching. Learning and instruction, 7, 255-275.
(2) OTTENHOFF-DE JONGE, M. W. et al. 2019. From critic to inspirer:
four profiles reveal the belief system and commitment to educational mission of medical academics. BMC medical education, 19, 268.