Context / probleemstelling of aanleiding
Context/probleemstelling of aanleiding:
Literatuur is onverdeeld over het gebrek aan bekwaamheid van medicatie voorschrijven bij jonge dokters. Een manier om dit te veranderen is door te kijken naar verbetermogelijkheden in het onderwijs. P-scribe is een Nederlands web-based e-learning platform, ontworpen voor het oefenen van farmacotherapie door farmacie- en geneeskundestudenten. P-scribe wordt in alle Nederlandse, en enkele Belgische, universitaire medisch centra gebruikt. In het Erasmus MC (Rotterdam) wordt P-scribe gebruikt in het mastercurriculum van de geneeskunde opleiding, als onderdeel van het ‘flipped classroom’ onderwijs. Verschillende (niet-)verplichte e-modules zijn geïntegreerd in het curriculum, welke op elk moment en vanaf elke plek beschikbaar zijn. Voor zover bekend is het effect van deze e-modules op de Landelijke Farmacotherapie Eindtoets (LFTE) en op de voorschrijfvaardigheid nog niet geanalyseerd.
Beschrijving van de interventie/innovatie:
Alle 270 geneeskundestudenten vanuit het Erasmus MC die hun masteropleiding zijn begonnen in 2017-2018 werden geïncludeerd. Via datatracking werd de tijd die studenten besteedden aan verschillende e-modules en oefentoetsen gedocumenteerd. De resultaten van de LFTE en de praktische voorschrijftoets werden geanalyseerd om correlatie tussen de tijd gespendeerd aan P-scribe en de resultaten te onderzoeken.
Ervaringen/analyse van de implementatie:
Studenten die de LFTE in één keer hebben gehaald oefenen in totaal gemiddeld 5 uur meer met P-scribe dan de studenten die de toets niet in één keer halen (P <0.05). Dit verschil is ook zichtbaar bij de voorschrijftoets, waar deze studenten gemiddeld 3,3 uur meer studeren dan studenten die deze toets niet in één keer halen; dit verschil is niet significant (P = 0.072). Studenten spenderen niet meer tijd aan oefentoetsen. Studenten oefenen niet alleen langer, maar ook ook vaker (bijvoorbeeld door e-modules te herhalen of extra facultatieve e-modules te doen); bij de LFTE gemiddeld zes keer vaker (P <0.05) en bij de voorschrijftoets gemiddeld vijf keer vaker (P = 0.006). Het gebruikspatroon van oefentoetsen gerelateerd aan het tijdstip van de toetsen wordt nog geanalyseerd en de resultaten zullen klaar zijn om te presenteren op het NVMO congres.
Lessons learned (implicaties voor de praktijk):
Waar er bij de voorschrijftoets weinig andere oefenmogelijkheden dan P-scribe zijn, is er voor de LFTE veel ander studiemateriaal. Het is dan ook opmerkelijk dat het verschil in gebruik van P-scribe vooral zichtbaar is bij de resultaten van de LFTE. Opvallend is dat er geen verschil is in het gebruik van oefentoetsen tussen studenten die de toetsen in één keer halen en studenten die de toets moeten herkansen. Het verschil ligt juist in het gebruik van de andere e-modules. Concluderend hebben studenten die meer tijd en met hogere frequentie de e-modules in P-scribe gebruiken betere resultaten op zowel de kennistoets als voor hun praktische voorschrijfvaardigheden.
