Context / probleemstelling of aanleiding
Context/probleemstelling of aanleiding:
In de gespecialiseerde verpleegkundige zorg hebben zich de afgelopen jaren verschillende veranderingen voorgedaan. Zo is de zorg op sommige ziekenhuisafdelingen anders georganiseerd, bijvoorbeeld door het ontstaan van moeder-kind centra, het combineren van IC- en cardiac care-zorg op één afdeling of door transmuralisering in de kinderverpleegkunde. De huidige verpleegkundige vervolgopleidingen, vallend onder de regelgeving van het College Zorgopleidingen (CZO), sluiten onvoldoende aan op deze ontwikkelingen. De veranderingen in de zorg gecombineerd met groeiende tekorten aan gespecialiseerd verpleegkundigen en de wens van verpleegkundigen om makkelijker van de ene functie naar de andere over te kunnen stappen, vragen om flexibelere vervolgopleidingen.
Beschrijving van de interventie/innovatie:
Het project CZO Flex Level flexibiliseert en moderniseert het opleidingsaanbod voor gespecialiseerd verpleegkundigen. Centraal hierbij staan Entrustable Professional Activitities (EPA’s). In de eerste fase van het project zijn EPA’s ontwikkeld voor drie clusters van opleidingen met in totaal 17 verpleegkundige vervolgopleidingen. Net als bij de medische vervolgopleidingen zullen EPA’s gebruikt worden om te flexibiliseren in individuele opleidingsduur. Daarnaast hebben werkgroepen kern- en specifieke EPA’s ontwikkeld: kern-EPA’s vormen de kern van een opleiding en worden door iedere student gevolgd, en specifieke EPA’s bieden de mogelijkheid om te verdiepen binnen het specialisme (bijvoorbeeld in hoog-specialistische IC-zorg), te verbreden naar een ander specialisme (bijvoorbeeld cardiac care combineren met IC) of om op een later moment bij te scholen. Ten slotte is voor de opleidingen in de acute zorg een brede basis met EPA’s ontwikkeld, waardoor overstap van het ene specialisme naar het andere wordt vergemakkelijkt.
Ervaringen/analyse van de implementatie:
De eerste fase van het project CZO Flex Level is gereed: dat wil zeggen dat EPA’s en de contouren van het nieuwe opleidingsstelsel zijn ontwikkeld. Het ontwikkelen van EPA’s voor zoveel opleidingen gelijktijdig was een hele uitdaging, aangezien de ontwikkelsnelheid en complexiteit van vraagstukken verschilde per cluster van opleidingen. Daarnaast ontstond er spanning door de behoefte om enerzijds EPA’s te ontwikkelen die zo herkenbaar mogelijk zijn binnen een functie en anderzijds EPA’s te ontwikkelen voor vergelijkbare professionele activiteiten die functie-overstijgend zijn.
Lessons learned (implicaties voor de praktijk):
Het project laat zien dat het mogelijk is om met EPA’s niet alleen in opleidingsduur te flexibiliseren, maar ook inhoudelijk flexibelere opleidingsprogramma’s te maken door gebruik te maken van kern- en specifieke EPA’s en een brede basis voor een cluster van opleidingen. Dit vergt wel frequente afstemming tussen werkgroepen die EPA’s ontwikkelen, een multidisciplinaire samenstelling van de werkgroepen en een voortdurend zoeken van een balans tussen specifieke en algemene beschrijvingen van een EPA. Het project geeft daarnaast inzicht in de (on)mogelijkheden van functie-overstijgende EPA’s.
