Hoe zien zorgprofessionals de toekomst van hun opleidingspraktijk?

Informatie
Auteurs
A.M. Landstra
J.J. Koksma
M.J.M. Verhees
R. F. J. M. Laan
R.E. Engbers
Organisatie
Radboudumc
Rijnstate
Congres
Heilige huisjes - Congres 2020
Context / probleemstelling of aanleiding

Context/probleemstelling of aanleiding:

In een veranderend zorglandschap klinkt een roep om zorgprofessionals op te leiden als ‘change agents’ met aandacht voor maatschappelijke behoeften [1]. Volgens het Raamplan Artsenopleiding 2020 is herverdeling van opleidingsverantwoordelijkheden nodig, en zullen extramurale zorgcontexten een grote rol spelen in het vormen van zorgprofessionals. Om in zorginstellingen in alle geledingen van de gezondheidszorg een goede leercultuur te faciliteren, zijn zorgprofessionals nodig die hierop voorbereid en hiervoor gemotiveerd zijn [2]. In het kader van groter onderzoek naar leiderschap en leeromgevingen onderzochten we hoe zorgprofessionals uit verschillende zorgcontexten kijken naar veranderingen in het zorglandschap in relatie tot hun eigen opleidingspraktijk.

Beschrijving van de interventie/innovatie:

Een digitale vragenlijst werd verspreid in UMC Groningen en in zorginstellingen in de opleidingsregio Oost-Nederland. Deze bevatte drie vragen over veranderingen binnen zorg en opleiding (4-punts Likertschaal, vertaald naar twee categorieën: niet/een beetje en behoorlijk/zeer veel) en een stelling over de eigen bijdrage aan veranderingen binnen opleiden (5-punts Likertschaal, vertaald naar twee categorieën: (helemaal) niet mee eens en (helemaal) mee eens).

Ervaringen/analyse van de implementatie:

Zorgprofessionals (20.4% arts-assistenten) zijn werkzaam in universitair medische centra (UMC, n=581), niet-universitaire ziekenhuizen (NUZ, n=525), opleidingspraktijken in de eerste lijn (ELG, n=200) of in zowel een UMC als en NUZ (n=78). De meerderheid van stafleden en arts-assistenten verwacht dat veranderingen in de zorg de medische opleiding zullen beïnvloeden (70.2% en 68.1%). NUZ-stafleden en UMC+NUZ-stafleden denken dat vaker dan ELG-stafleden (73.6% en 78.0% vs. 65,1%, p=0.03 en p=0.08). Ongeacht plaats van aanstelling denken stafleden vaker dan arts-assistenten dat de opleidingsrol van hun instelling zal veranderen (45.7% vs. 34.0%, p<0.01), maar minder vaak dat hun eigen opleidingsrol zal veranderen (35.0% vs. 42.9%, p=0.02). Stafleden antwoorden vaker dan arts-assistenten een bijdrage te zullen leveren aan het vormgeven van veranderingen (34.0% vs. 20.4%, p<0.01). Ditzelfde geldt voor stafleden met opleidingsfunctie (zoals (coassistenten)opleider) (35.1%) vergeleken met stafleden zonder opleidingsfunctie (22.8%, p=0.04). Van UMC-stafleden antwoordt 35.8% een bijdrage te zullen leveren. ELG-stafleden en UMC+NUZ-stafleden verwachten vaker dan NUZ-stafleden dat ze een bijdrage zullen leveren (37.9% en 44.0% vs. 28.7%, p=0.04 en p=0.08).

Lessons learned (implicaties voor de praktijk):

Zorgprofessionals uit verschillende zorgcontexten erkennen in verschillende mate aankomende veranderingen in de medische opleiding, maar schatten de gevolgen voor hun eigen praktijk over het algemeen beperkter in. Vervolgonderzoek moet uitwijzen hoe zorgprofessionals kunnen worden gestimuleerd tot leiderschap ten aanzien van het inrichten hun veranderende werkplek als leercontext.

Referenties:

Frenk,J., et al., Health professionals for a new century: transforming education to strengthen health systems in an interdependent world. The Lancet, 2010. 376(9756).

Bank,L., et al., Are they ready? Organizational readiness for change among clinical teaching teams. Adv Med Educ Pract, 2017. 8.

Banner
Banner
Banner

Zorgverleners voor de wereld van morgen

15 en 16 mei Hotel Zuiderduin in Egmond aan Zee