Context / probleemstelling of aanleiding
Probleemstelling:
Onderzoek naar interprofessionele educatie (IPE) laten zien dat studenten na IPE een positievere houding ontwikkelen ten aanzien van IPE en samenwerken. Over interprofessioneel samenwerkingsgedrag in de praktijk – wat men echt beoogt te veranderen met een IPE-initiatief – is minder bekend. Daarnaast is er behoefte aan onderzoek naar IPE binnen een theoretisch kader. De theorie over sociaal kapitaal is nog niet eerder gebruikt om het effect van IPE op het samenwerkingsgedrag van studenten nader te onderzoeken. Deze theorie beschrijft hoe mensen meer verbinding met elkaar ervaren als ze met elkaar in contact zijn geweest (Hean 2012). De studenten uit verschillende beroepsgroepen zouden volgens deze theorie meer verbinding met elkaar ervaren als ze, bijvoorbeeld in een IPE-setting, met elkaar hebben samengewerkt. Door de toegenomen verbinding met een andere beroepsgroep, zou de samenwerking in de praktijk positief kunnen worden beïnvloed. De onderzoeksvraag voor deze studie was daarom: Hoe beïnvloedt IPE het interprofessionele samenwerkingsgedrag van studenten in de praktijk?
Methode:
Aan deze kwalitatieve studie namen geneeskunde- en verpleegkundestudenten in hun basiscurriculum deel, op het moment dat er ook praktijkstages plaatsvonden. Na 4 IPE-sessies, waarin een geneeskunde- en een verpleegkundestudent samen casuïstiek uitwerkten, vonden semigestructureerde interviews plaats met de studenten tot er genoeg data was om de onderzoeksvraag te beantwoorden. In de interviews werd gefocust op de vraag: “wat heb je uit de IPE-momenten meegenomen naar de praktijk?”. Met behulp van ATLAS-ti werden de transcripten met open codering thematisch geanalyseerd. De definitieve thema’s werden vastgesteld middels discussie met het onderzoeksteam.
Resultaten (en conclusie):
Er zijn 9 verpleegkunde- en 13 geneeskundestudenten geïnterviewd. De invloed van de IPE-sessies op de praktijk kon worden verdeeld in 4 hoofdthema’s, die op diepteniveau konden worden gerangschikt: 1) uitwisseling van beroepsspecifieke kennis, 2) algemene kennis over rolverdeling, 3) verminderen aanspreekdrempel en hiërarchie, en 4) verbetering patiëntenzorg. De hoeveelheid interprofessionele contacten van de studenten in de praktijk wisselde sterk: verpleegkundestudenten hadden vaak interprofessionele contacten, terwijl dit bij geneeskundestudenten afhankelijk was van de stageplek. Interprofessionele samenwerking in de praktijk werd bij beide groepen door de volgende factoren beïnvloed, waarbij deze factoren zowel als bemoeilijkend als faciliterend werden uitgelegd: nog in lerende rol zijn, leeftijdsverschil, gewenning op stageplek, hiërarchie, organisatie van afdeling, persoonsfactoren, tijdsdruk en verantwoordelijkheid voelen voor patiënt.
Discussie :
Studenten blijken het effect van IPE op de praktijk op verschillende diepteniveaus te ervaren, waarbij het meest oppervlakkige effect de ‘uitwisseling van beroepsspecifieke kennis’ is, en het meest diepe effect de ‘verbetering patiëntenzorg’. De bemoeilijkende of faciliterende factoren voor het interprofessionele contact in de praktijk zijn vergelijkbaar met de factoren die Olde Bekkink et al. (2018) in een eerdere studie beschreven onder arts-assistenten: persoonlijk, interpersoonlijk, systeem en training. In onze studie worden echter interpersoonlijke factoren en vooral ‘hiërarchie’ opvallend vaak genoemd. Dit komt overeen met de theorie over sociaal kapitaal, en met name het ‘linking’ of ‘scaling’ sociale kapitaal, waarbij verticale interpersoonlijke verhoudingen, zoals hiërarchie, veranderen door het in contact komen met een andere groep. In combinatie met het derde hoofdthema ‘verminderen aanspreekdrempel en hiërarchie’, lijkt een IPE-initiatief interprofessionele samenwerking vooral te verbeteren door het verkleinen van hiërarchie. Deze studie is verricht in één opleidingsinstituut met een specifieke IPE-vorm, en mogelijk zijn de resultaten niet te generaliseren naar andere centra of IPE-vormen. Nader onderzoek naar effecten van andere IPE-vormen en naar persoonsgebonden- of onderwijsfactoren die zorgen voor het diepere leereffect van een IPE-interventie is aanbevolen.
Referenties:
Sarah Hean, Deborah Craddock, Marilyn Hammick & Marilyn Hammick. 2012. Theoretical insights into interprofessional education: AMEE Guide No. 62, Medical Teacher:34:2,e78-e101.
Marleen Olde Bekkink, Susan E. Farrell, James Kimo Takayesu. 2018. Interprofessional communication in the emergency department: residents’ perceptions and implications for medical education. International Journal of Medical Education;9:262-270.